Bron: website NTTO
Wie voor het eerst getuige is van een tractor pull zal ongetwijfeld zijn ogen uitkijken bij het zien van al die krachtige en prachtige machines. Maar waar draait het eigenlijk om bij deze krachtigste motorsport ter wereld?
100 meter
Bij tractorpulling moeten de deelnemers proberen om met hun voertuig een zware sleepwagen over een zo groot mogelijke afstand te verplaatsen over een honderd meter lange en twaalf meter brede kleibaan. Deze sleepwagen is aan de achterzijde voorzien van wielen, terwijl het gewicht aan de voorzijde rust op een sleepvoet. De wagen is verder uitgerust met een ballastbak, waarin maximaal twaalf ton aan stalen gewichten kan worden geplaatst. Bij de start van de ‘pull’ rust bijna al het gewicht op de wielen, maar doordat de ballastbak gedurende de trekpoging door de wielen van de sleepwagen naar voren wordt bewogen, zal er steeds meer gewicht op de sleepvoet gaan rusten. De benodigde trekkracht neemt daardoor toe, totdat de combinatie ten slotte tot stilstand komt.
Wie het verst komt, wint
Met behulp van infraroodapparatuur wordt vervolgens de afgelegde afstand opgemeten en vastgelegd. De deelnemer die de grootste afstand aflegt, is de winnaar. Vaak gebeurt het dat meerdere deelnemers met de sleepwagen de gehele baanlengte van honderd meter afleggen. In vaktermen heet dat een 'full pull'. In dat geval wordt de sleepwagen verzwaard en moeten deze deelnemers in een 'pull-off' uitmaken wie de sterkste is. Vaak wordt dan de zogenaamde 'floating finish' gehanteerd. Daarbij moet de deelnemer gas blijven geven tot de combinatie tot stilstand komt, ook al wordt daarbij de honderd meter gepasseerd. Het doel daarvan is om een tweede 'pull-off' te vermijden. Veel machines hebben geen of te weinig koelcapaciteit aan boord, zodat een derde pull te veel van het goede zou kunnen zijn.
Snelheid is alles
Omdat de sleepwagen aanvankelijk weinig trekkracht vraagt, moet de deelnemer proberen om in de eerste helft van de baan een zo groot mogelijke snelheid te bereiken. Hoe groter de snelheid, hoe meer meters er nog kunnen worden afgelegd nadat de sleepwagen zijn maximale remvermogen heeft bereikt. Alle energie die er in de snelheid van de tonnen zware sleepwagen is gestopt, komt er dan weer uit. Om die grote snelheid te kunnen bereiken, moet een tractor allereerst beschikken over veel vermogen. Vervolgens moet dat vermogen worden omgezet in werkelijke trekkracht en daarbij komt de bestuurder nadrukkelijk in beeld. Hij moet zorgen dat de banden de juiste spanning hebben, hij moet de goede versnelling kiezen en hij moet de ballastgewichten zo plaatsen dat zijn tractor een optimale gewichtsverdeling heeft. Al deze factoren variëren van baan tot baan. En uiteindelijk moet de bestuurder dan ook nog eens zorgen dat hij op het juiste moment gas geeft en moet hij de tractor met behulp van stuur en rempedalen binnen de witte kalklijnen zien te houden. Doet hij dat niet, dan volgt onvermijdelijk een diskwalificatie.
Klasse uitleg
Bron: boek tractorpulling didam 2015
Binnen de Nederlandse Truck en Tractor pulling Organisate (NTTO) worden wedstrijden verreden in verschillende secties: de Grand National, de National, de Farmstock en de sectie Trucks. Elke sectie kent zijn eigen wedstrijdklassen.
Grand National
In de Grand National wordt gereden diverse vrije klassen met de namen: Mini Unlimited, Light Modified, Modified, Unlimited. Daarnaast worden in deze sectie de pro stock klasse, de Superstock klasse en de two wheel drive klasse verreden.
Vrije klasse: Light Modifieds, Modifieds en Unlimiteds
In deze vrije klasse is bijna alles geoorloofd, zolang de deelnemer de reglementaire beperkingen op het gebied van lengte en gewicht maar in acht neemt. Bovendien moet hij voldoen aan strenge veiligheidseisen. Amerikaanse V8- motoren (al dan niet voorzien van een mechanische compressor) worden veelvuldig toegepast, maar ook zuigmotoren en turbines afkomstig uit vliegtuigen zijn leveranciers van vele duizenden paardenkrachten. Vermogens van 8.000 pk zijn al geen uitzondering meer. Met twee banden van 170 centimeter hoog en 77,5 centimeter breed wordt getracht het vermogen in trekkracht om te zetten. Achterassen, tandwieloverbrengingen en versnellingsbakken worden vaak door de deelnemer zelf gemaakt, want voor dergelijke vermogens is niets passends te koop. Om het vermogen optimaal te kunnen benutten, halen de deelnemers soms ware kunststukjes uit, zodat de liefhebber van techniek zijn hart kan ophalen. De Light Modified tractoren mogen 2,5 ton wegen, de Modifieds 3,5 ton en de Unlimiteds maximaal 4,0 ton.
Super stock
N de super stock moet de deelnemer uitgaan van de tractor zoals die in de landbouw wordt gebruikt. Hij moet het motorblok, het koppelingshuis, het versnellingsbakhuis en de achteras van de standaarduitvoering gebruiken, al mag sinds enkele jaren ook een componententractor worden gebouwd. Die beschikt over een frame als bij een vrije-klasse tractor, terwijl de meest “breekbare” componenten als transmissie en achteras zijn vervangen door sterke exemplaren uit bijvoorbeeld trucks. Hoewel de tractoren standaard beschikken over een dieselmotor zie je in deze klasse maar weinig dieselrook meer. De dieselmotor is binnen de mogelijkheden die de reglementen bieden omgebouwd tot een krachtbron met vonkontsteking, waarbij pure methanol de brandstof vormt. Een koelsysteem is niet nodig, omdat de verdampende waterstof veel warmte aan de krachtbron onttrekt. Vermogens van meer dan 3500 pk zijn bij deze ‘alky-burners’ geen uitzondering. Elders in Europa zijn nog altijd enkele diesels actief, met maximaal vier turbocompressoren, een forse brandstofpomp en waterinjectie bereiken deze potente diesels vermogens tot circa 2000 pk. De machines rijden met een gewicht (inclusief bestuurder) van 3,5 ton.
Pro Stock
Net als bij de super stocks moet de deelnemer in deze klasse in principe uitgaan van een tractor zoals die in de landbouw wordt gebruikt. Hij moet het motorblok, het koppelingshuis, het versnellingsbakhuis en de achteras van de standaarduitvoering gebruiken, al mag tegenwoordig ook het componentenprincipe worden gehanteerd. Daarbij mag de deelnemer zelf een versnellingsbak en achteras kiezen en zelf een frame bouwen. Het uiteindelijk moet echter nog steeds overeenkomen met de tractor zoals de fabriek die ooit leverde. In tegenstelling tot de super stocks is het aantal turbo’s bij de pro stocks gelimiteerd tot maximaal één en is de cilinderinhoud beperkt tot 8,3 liter. Bovendien moeten ze gebruik maken van de standaard-cilinderkop en mag alleen dieselolie als brandstof worden gebruikt. Met behulp van waterinjectie en vaak ook en tussenkoeler wordt de temperatuur van de inlaatlucht teruggebracht. Een goede ademhaling van de motor staat aan de basis van grote prestaties, want allen dan kunnen de toerentallen soms wel 6500 tpm worden gehaald. Vermogens van 2000 pk zijn in deze klasse geen uitzondering. De machines rijden met een gewicht (inclusief bestuurder) van 3,5 ton. De banden zijn van maat 24,5 – 32 en dus iets smaller als die van een super stock.
Two Wheel Drive
In two wheel drive-klasse moeten de machines zijn voorzien van een carrosserie van een automobiel. De deelnemer is echter heel vrij in zijn keuze; een pick-up, een funny car, een oldtimer, het kan allemaal. Als krachtbron wordt weer gegrepen naar de bekende V8-motor met compressor, waarvan er maximaal één mag worden ingebouwd. Om de ontwikkeling op motorisch gebied wat af te remmen, heeft de Nederlands organisatie besloten om de klasse te limiteren. Momenteel mag het slagvolume van de motor niet groter zijn dan 500 cubic inch (8,1 liter) voor motoren met een hemisferische verbrandingskamers ('Hermi’s') en 540 cubic inch (8,8 liter) voor krachtbronnen met wigvormige verbrandingskamers. Met de soms meer dan 2000 paardenkrachten kunnen de flitsend gespoten machines het publiek leuke dingen laten zien. De 2600 kilogram zware two wheel drives zijn vooral bekend om hun spectaculaire 'wheelies'.
Mini Unlimiteds
De deelnemende machines in deze klasse, zijn de lichtste soort tracktoren die in de Nederlandse Grand National actief zijn. Ze hebben hun eigen sleepwagen, want deze kleine monsters wegen inclusief chauffeur niet meer dan 950 kilogram. Als krachtbron doet vaak een Amerikaanse V8-motor dienst, die voor grotere prestaties wordt voorzien van een mechanische compressor. Het zijn krachtbronnen die hun oorsprong hebben in de Amerikaanse drang-race wereld. Ook tankmotoren en vliegtuigturbines vinden hun toepassing in deze klasse. De sterkste mini’s van Nederland hebben ongeveer 3200 pk tot hun beschikking. Door dit vermogen in verhouding tot het eigen gewicht zijn deze kleine en korte machines moeilijk te besturen; ze schieten vaak van links naar rechts over de baan. Met het toenemen van de vermogens wordt het ook steeds moeilijker om de paardenkrachten via de banden in trekkracht om te zetten. De achterassen en eventueel aanwezige versnellingsbakken zijn vaak door de deelnemers zelf ontwikkeld.
National
In de national wordt gereden in de Light Modified, Heavy Modified, Pro Stock, Super Farms, Light Super Stock, compact diesel en minidiesel.
Light Modifieds en Heavy Modifieds
In deze vrije klassen is bijna alles geoorloofd , zolang de deelnemer de reglementaire beperkingen op het gebied van lengte ne gewicht maar in acht neemt. Bovendien moet hij voldoen aan strenge veiligheidseisen. Amerikaanse V8-motoren (al dan niet voorzien van een mechanische compressor) worden veelvuldig toegepast, maar ook zuigermotoren en turbines afkomstig uit vliegtuigen zijn leverancier van vele duidende paardenkrachten. Vermogen van 8000 pk al zijn geen uitzondering meer. Met twee banden van 170 centimeter hoog en 77,5 centimeter breed wordt getracht het vermogen in trekkracht om te zetten. Achterassen, tandwieloverbrenging, en versnellingsbakken worden vaak door de deelnemer zelf gemaakt, want voor iets dergelijke vermogens is niets passends te koop. Om het vermogen optimaal te kunnen benutten, halen de deelnemers soms ware kunststukjes uit, zodat de liefhebber van techniek zijn hart kan ophalen. De Light Modifieds mogen 2,5 ton wegen, de Heavy Modifieds maximaal 4,5 ton.
Pro Stock
Net als bij de super stocks moet de deelnemer in deze klasse in principe uitgaan van een tractor zoals deze in de landbouw wordt gebruikt. Hij moet het motorblok, het koppelingshuis, het versnellingsbakhuis en de achteras van de standaard uitvoering gebruiken, al mag tegenwoordig ook het componentenprincipe worden gehanteerd. Daarbij mag de deelnemer zelf een versnellingsbak en achteras kiezen en zelf een frame bouwen. Het uiterlijk moet echter nog steeds overeenkomen met de tractor zoals de fabriek die ooit leverde. In tegenstelling tot de super stocks is het aantal turbo’s bij de pro stocks gelimiteerd tot maximaal één en is de cilinderinhoud beperkt tot 8,3 liter. Bovendien moeten ze gebruikmaken van de standaard- cilinderkop en mag alleen dieselolie als brandstof worden gebruikt. Met behulp van waterinjectie en vaak ook een tussenkoeler wordt de temperatuur van de inlaatlucht teruggebracht. Een goede ademhaling van de motor staat aan de basis van grote prestaties, want alleen dan kunnen toertallen van soms wel 6500 tpm worden gehaald. Vermogens van 2000 pk zijn in deze klasse geen uitzondering. De machines rijden met een gewicht (inclusief bestuurder) van 3,5 ton. De banden zijn van de maat 24,5-32 en dus iets smaller als bij de superstock.
Farm Stocks
De Farm Stock stocks vormen een betrekkelijk nieuwe klassen binnen de sectie National. De Farm Stock is in vele opzichten te vergelijken met een pro stock, al zijn de machines wel een ton zwaarder. De deelnemer moet ook in deze klasse uitgaan van een tractor zoals die in de landbouw wordt gebruikt. Hij moet het motorblok, het koppelingshuis, het versnellingsbakhuis van de standaard uitvoering gebruiken en ook moet het uiterlijk overeenkomen met dat van de tractor zoals die ooit de fabriek verliet. In tegenstelling tot de pro stock is bij de Farm Stock de motorinhoud niet gebonden aan een maximum. Wel moet er voor de turbo een inlaatrestrictie zijn gemonteerd. Die bestaat uit een buis met een lengte van 3 inch en een doorsnelde van 3 inch. Het gewicht van de Far Stock (inclusief bestuurder) bedraagt 4,5 ton.
Compact diesel
De machines in de compact dieselklasse lijken veel op de grote pro stocks, maar dan een heel stuk kleiner. Een van de voorschriften is namelijk dat de machines het uiterlijk moeten hebben van een bestaande landbouwtractor. Het reglement schrijft verder voor dat er gebruik dient te worden gemaakt van een motor met maximaal vier cilinders, acht kleppen en een cilinderinhoud van ten hoogste 2,5 liter. Als brandstof moeten de kleine monsters diesel consumeren. Er mag maximaal één turbo worden gebruikt. Bijna alles aan de kleine machines is eigen bouw: het frame, de aandrijflijn, en in de meeste gevallen ook het plaatwerk. Meer en meer worden er speciaal gemaakt of gebouwd voor toepassing in een “gardenpuller” zoals centrifugaalkoppelingen, intercoolers, waterinjectiesystemen en dergelijke. Het gewicht van de machines (inclusief chauffeur) bedraagt 600 kilo.
Minidiesel
Minidiesels zijn tractoren die niet breder mogen zijn dan 1,35 meter en niet langer dan 2,70 meter. De machine moet zijn voorzien van een dieselmotor, die ook dieselolie als brandstof moet consumeren. De complete aandrijving, die bestaat uit motor, versnellingsbak en achteras, is meestal afkomstig uit een auto. In de minidiesel sport mag gebruik worden gemaakt van één zuigermotor met maximaal vier cilinders en een cilinderinhoud van ten hoogste 2,0 liter. Het maximaal toerental mag niet meer dan dertig procent hoger zijn dan dat van de standaard motor en niet meer dan 6500 tpm bedragen. Het gewicht van de machine (inclusief chauffeur) bedraagt 630 kilo. Opvallend is dat in de klasse ook jeugdigen vanaf twaalf jaar (onder begeleiding) mogen deelnemen. Naast de minidiesel sport bestaan er ook nog de minidiesel sport turbo en de minidiesel super sport, waarin de deelnemer zich wat meer technische vrijheden kan permitteren, zoals de montage van een turbocompressor.
Light Superstock
Sinds 2012 kent de sectie National de geheel nieuwe Licht Superstocks. Tractoren, met het uiterlijk van een standaard tractor met maar één turbo en….als brandstof Methanol. De gemaximaliseerde cilinderinhoud en de originele cilinderkop die op de motor geplaatst moet zijn, moet en deze klasse populair én erg betaalbaar houden.
Farmstock
Binnen de Nederlands Truck en Tractorpulling Organisatie worden wedstrijden verreden in diverse divisies: de A-divisie, de B-divisie, de S-divisie, en de T-divisie. Elke divisie kent zijn eigen wedstrijdklassen. In de S- divisie wordt gereden in de standaardklasse, sportklasse en supersportklasse, die elk op hun beurt weer zijn onderverdeeld in verschillende gewichtsklassen.
Standaardklasse
Tractorpulling vond ooit zijn oorsprong in Amerika, waar boeren onderling wilden uitmaken wie van hun de sterkste tractor had. Dat uitgangspunt is nog steeds terug te vinden in de huidige standaard klasse. Het zijn de tractoren zoals die vaak nog altijd worden gebruikt op agrarische bedrijven en loonbedrijven. Er mag weinig veranderd worden, al moet de machine uiteraard wel voldoen aan de reglementen op het gebied van veiligheid. Het maximum toerental is 2700 toeren per minuut en er geldt bovendien een vermogenslimiet. Ook mogen de banden niet zijn bewerkt om op die manier meer tractie te generen. De standaard klasse wordt verreden in de gewichtsklassen 2.5, 3.5, 4.5, 5.5, 7,9, en 11 ton.
Sportklasse
In de sportklasse hebben deelnemers al wat meer vrijheid om modificaties aan hun tractor door te voeren dan in de standaardklasse. Zo mogen er bijvoorbeeld een andere brandstofpomp en een forsere turbo worden gemonteerd, maar ook hier is het een maximum toerental van 2700 toeren per minuut. Er is geen vermogenslimiet, maar wel is er een maximale motorinhoud, die per gewichtsklasse verschilt. In deze klasse mogen ook de banden worden bijgeslepen om het vermogen optimaal in de trekkracht te kunnen omzetten. Je treft er een veelheid aan merken en modellen aan. Prachte klassieke tractoren, maar ook machines die rechtstreeks bij de dealer uit de showroom lijken te komen. De sprotklasse tractoren tijden in de gewichtsklassen 2,5 en 4,5 ton. Vanwege de grote aantallen machines rijden er van elke gewichtsklasse weer een tweetal groepen: de promo- klasse en de top- klasse. Vanuit de promo-klasse kan met aan het eind van het seizoen promoveren naar de top-klasse. En.. uiteraard, vanuit de top-klasse degradeert men van de laatste plaatsen naar de promo-klasse.
Supersportklasse
De supersportklasse is het paradepaardje van de Nederlandse Farmstock. In deze klasse mogen de deelnemers gebruik maken van elke brandstofpomp of turbo en ook mogen tussenkoelers worden geplaatst. De machines leveren dan ook veel vermogen: de toppers produceren tussen de 600 en 800 pk bij een toerental dat is gelimiteerd op 2700 toeren per minuut. Ook hier held er een maximale motorinhoud, die per gewichtsklasse varieert. Het relatief lage toerental zorgt ervoor dat de onderdelen in de aandrijving het zwaar te verduren hebben. Omdat het er met deze machines heftig aan toe kan gaan, moeten de machines ook voldoen aan strengere veiligheidseisen. Zo moeten de tractoren bijvoorbeeld zijn voorzien van een rolkooi en moet de bestuurder een goedgekeurde helm dragen. De sportklasse tractoren rijden in de gewichtsklassen 3.4, 3.6 en 4.5 ton. Vanwege de grote aantallen machines rijden er van elke gewichtsklasse weer een tweetal groepen: de promo- klasse en de top- klasse. Vanuit de promo-klasse kan met aan het eind van het seizoen promoveren naar de top-klasse. En.. uiteraard, vanuit de top-klasse degradeert men van de laatste plaatsen naar de promo-klasse.
Trucks
Met ingang van 2010 zijn de trucks binnen de NTTO geïntroduceerd. In de Verenigde Staten genieten de “semi’s” een ongekende populariteit. De grote, lange Amerikaanse trucks brengen het publiek in extase. Nadat een eerdere poging om in Nederland dergelijke klasse van de grond te krijgen mislukte, komt er de laatste jaren toch weer een flink aantal trucks voor de sleepwagen. Geen grote Macks, Kenworths en Peterbilts, maar goudeerlijke DAF’s, Scania’s, Volvo’s en andere Europese trucks. Het zijn tegenwoordig zonder uitzondering trucks die speciaal gemaakt zijn voor de sport zijn opgebouwd en die beschikken over indrukwekkende vermogens. De klasse is ontstaan in 2005. Het gewicht is gekozen om die zo toegankelijk mogelijk te houden. Deze 8,5 ton is namelijk het gewicht van een standaard truck met enkele extra gewichten. De inhoud van de motor mag maximaal 18,5 liter bedragen. De voertuigen zijn verdeeld in drie categorieën: standaardklasse, sportklasse en supersport klasse.